1. De procedure voor indiening van het verzoek wordt beheerst door het recht van de lidstaat van tenuitvoerlegging.
2. Van de verzoeker wordt niet verwacht dat hij in de lidstaat van tenuitvoerlegging een postadres of procesgemachtigde heeft.
3. Bij het verzoek worden de volgende documenten gevoegd:
a) | een afschrift van de beslissing aan de hand waarvan de echtheid kan worden vastgesteld; |
b) | de verklaring die door het gerecht of de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst is afgegeven door middel van het formulier dat in overeenstemming met de in artikel 81, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure is vastgesteld, onverminderd artikel 47. |